Informatie
De Sarphatistraat werd in de negentiende eeuw aangelegd op de voormalige stadswallen. De straat vormt een bijna twee kilometer lange verbindingsroute tussen het centrum van Amsterdam en de Oostelijke Eilanden. Ondanks alle verkeersdrukte ademt de Sarphatistraat nog altijd de allure en grandeur van de negentiende eeuw. Dit is vooral te danken aan de brede opzet en aan de statige panden, hoge bomen en indrukwekkende – van oorsprong militaire – complexen die de straat sieren. Voor de zijgevel van het Nesciohuis ontwierp beeldhouwer Da van Daalen een bronzen reliëf bestaande uit drie horizontale tekstbanden die bij elkaar worden gehouden door een portret en profil van Nescio. Op de tekstbanden staat de beroemde openingszin van De Uitvreter te lezen. Het kunstwerk is een eerbetoon aan de schrijver die Sarphatistraat eeuwige roem schonk.
Behalve bekende gebouwen zoals de Cavalerie Kazerne en de Oranje Nassaukazerne, had ook het wooncomplex op de hoek met de Korte ’s-Gravesandestraat oorspronkelijk een militaire functie. Het was in gebruik als militair ziekenhuis. Tot ver in de twintigste eeuw prijkte daarom ‘hospitaal’ boven de hoofdingang. Tegenwoordig staat er ‘Nescio’ geschreven. Maar wie of wat is Nescio, en waarom draag het huis juist deze naam?
Nescio was het pseudoniem van Jan Hendrik Frederik Grönloh (1882-1961), de Amsterdamse schrijver die beroemd werd met het verhaal De Uitvreter. Nescio betekent ‘ik weet (het) niet’ in Latijn. Hoewel Nescio in zijn eigen tijd werd bekritiseerd om zijn alledaagse woordkeuze, was het juist deze heldere formulering die hem zo geliefd maakte bij een latere generatie schrijvers. Nescio schreef als een ‘gewoon mens’. Ondanks zijn kleine oeuvre wordt Nescio inmiddels alom bewonderd en geldt hij als één van de meest invloedrijke schrijvers uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. In opdracht van Woonstichting De Key ontwierp beeldhouwer én Nesciohuisbewoner Da van Daalen (1956) een bronzen gevelreliëf.
‘Behalve den man, die de Sarphatistraat de mooiste plek van Europa vond, heb ik nooit een wonderlijker kerel gekend dan den uitvreter’ luidt de openingszin van De Uitvreter. De zin is uitgegroeid tot één van de bekendste openingszinnen uit de Nederlandse literatuur. Op die manier gaf Nescio de Sarphatistraat een plek in het literaire geheugen van Nederland. Reden genoeg om de schrijver te eren. Dat vonden ook de eerste bewoners van het voormalige militaire hospitaal dat halverwege de jaren tachtig werd omgebouwd tot wooncomplex. Zij doopten het complex ‘Het Nesciohuis’.